Mettet

Op circuit met mijn nagelnieuwe CBR 600F


De weersvoorspellingen beloven niet veel goeds. Hopelijk wordt het morgen beter. Jan is zijn SP1 op de aanhangwagen aan het laden, helaas is deze maar voorzien voor één moto. Ik moet dus het slechte weer trotseren samen met mijn nieuwe CBR 600F. Hij heeft net een poetsbeurt gekregen, ik hoop dus stilletjes dat mijn echtgenoot Jan als compensatie voor die droge autorit mijn moto terug in showroomstaat zal zetten. Hij heeft nog niets beloofd……

Wij hebben een kamertje geboekt bij de Chinees in Mettet zodat we morgen toch enigszins goed uitgerust aan onze circuitdag kunnen beginnen.

Het is natuurlijk net iets spannender om met een nagelnieuwe machine het circuit op te gaan.

Vóór de tweede sessie is er opnieuw een theoretisch gedeelte voorzien. Nu worden aan de hand van een PowerPointpresentatie de rijlijnen getoond. Elke bocht wordt besproken. Instuurpunt, apex, de ideale rijlijn etc. – ” ik word tegelijkertijd ook nog specialist in circuitjargon” – worden met veel geduld uit de doeken gedaan.

Daarna is het stilletjes aan tijd voor een tweede rondje. Opnieuw wordt er door de mensen van AKTIEF voorgereden. Onze instructeur wijst niet alleen alle kegeltjes aan, maar ook veranderingen in het asfalt, het bord dat nog 100 meter aanwijst voor de eerste bocht, een klein wit streepje op het asfalt voor de laatste hairpin, alles blijkt een doel te hebben: ons helpen om zo goed en zo snel mogelijk rondjes te draaien. De instructeurs rijden met de vingers in de neus, ik moet aan zoveel dingen tegelijkertijd denken dat ik met moeite mijn groep kan bijhouden. Ik heb het er voor de tweede maal goed vanaf gebracht, mijn buurman vond het tempo al een beetje beter. Voor hem is er hoop, de volgende sessies mogen wij alle remmen loslaten.

Vóór de derde sessie sta ik opnieuw in de pits met een licht verhoogde hartslag. Ik mag dan wel bij de groep “Touring” ingeschreven zijn, ik weet uit ervaring dat veel van die mannen doorgewinterde rijders zijn die minstens dubbel zoveel kilometer per jaar afleggen als ik. Bovendien, ’t zijn mannen (of telt dit niet meer mee als excuus?) Ik zorg ervoor dat ik als een van de eerste mag vertrekken, en ik rij rondje na rondje iets meer op mijn gemak. Op het rechte stuk geef ik mijn CBR eens goed de sporen en draai de gashendel helemaal open terwijl ik achter mijn ruitje wegduik. Het bordje van 100 meter komt verschrikkelijk snel dichtbij wat betekent dat ik vol in de remmen moet om de eerste linker bocht goed in te sturen.

Ik merk dat ik iets te veel geremd heb, en moet nog een beetje gas bijgeven voor ik mijn motor in de bocht leg. Ah, al doende leert men, en het gaat steeds iets beter. Deze keer passeer ik de zwart wit geblokte vlag met een brede glimlach, het wordt steeds plezanter.

Ondertussen is mijn echtgenoot zich aan het uitleven bij de groep “Sport”. Hij legt zijn knietje tegen de grond in de rechter hairpin net vóór de Corkscrew, wat niet lukte enkele maanden geleden toen wij hier voor de eerste keer reden. Nu en dan gaat hij in duel met een collega SP1 rijder (in de Colin Castrol kleuren), ik hou mijn hart vast.

Na de voortreffelijke BBQ kunnen we een beetje uitrusten. Wij besluiten om Nadine en bezoekje te brengen en halen onze “goodiebag” op.

Heel leuk dat je een T-shirt en een Honda petje krijgt, alleen een beetje jammer dat er voor de dames maar één model beschikbaar is. De herenmaten zijn voor mij jammer genoeg een beetje te groot, mijn echtgenoot heeft er nu dus weer een extra exemplaar bij. Nadine heeft nog zo gezocht naar een medium, maar bij thuiskomst blijkt deze toch net twee maatjes te groot. Alles loopt vandaag op wieltjes, de organisatie is voortreffelijk. Jean Luc heeft ondanks de stress alles onder controle.

Tijdens de sessies in de namiddag gaat het steeds beter. Na de vijfde sessie kijk ik tevreden naar mijn bandje. Het begint er op te trekken. Voor we richting huiswaarts rijden krijg ik nog complimentjes van een andere buurman. Een vrouw op circuit, blijkbaar spreekt het nog altijd tot de verbeelding van enkele mannen. Volgend jaar ben ik zeker weer van de partij, misschien ben ik tegen dan een “Broekie”.